donderdag 29 december 2016

Tweede reisweek in Madeira


De volgende dag ga ik met een jeep op jeepsafari en zullen we de gladgestreken paden verlaten. Eerst gaan we naar twee verschillende uitkijkpunten waar we een overzicht hebben op Funchal en omgeving. De eerste stop was Pico dos Barcelos, de tweede was meer te oosten van Funchal. Vooral om de tweede bestemming te bereiken moesten de jeeps over zeer steile straten rijden. Geen paniek bij het vertrekken uit stilstand op zo een steile helling. We bolden met de jeep een klein beetje achteruit bij het vertrek op de steile helling. Nadien rijden we naar Eiro do Serrado om naar het “nonnendal” te gaan kijken. Helaas hebben we onze bestemming niet bereikt, omdat er gevallen stenen op het wegdek, de weg blokkeren. Er staan hier ook verkeersborden van vallende stenen. We rijden nu naar Pico do Arieiro. Ik was hier met een vorige excursie reeds geweest, maar toch is het landschap totaal verschillend, door de vele wolkenformaties die tussen de bergtoppen zit. Ditmaal waren er meer wolkenformaties te zien. Het uitzicht is adembenemend mooi.

Na een korte stop in een bar, rijden we naar een nieuw uitkijkpunt. Ditmaal kunnen we de luchthaven zien liggen. Tijdens de rit kunnen we ook een motorcross circuit zien liggen. In de bossen zie je ook plaatsen waar men een barbecue kan houden met de familie. Men mag in dit bosrijke gebied nergens anders een BBQ houden dan op deze plek, om te voorkomen dat er een brand zou ontstaan. Nadien doen we een stop aan een waterval, langs de weg. We genieten weer van het panoramische mooie bergachtige landschap. Hier zien we de gele trompetbloemen langs de rijweg. Deze ben ik regelmatig tegengekomen op Madeira. De trompetbloem is een bladverliezende klimplant die uitbundig bloeit met trompetvormige bloemen. De klimplant staat graag op een warme plek in de volle zon.

We hadden om de verschillende bestemmingen te bereiken reeds gereden via landwegen in de bossen. Op het volgende stuk in een bosrijk gebied rijden we met de jeep over een landweg dat vol met putten zit en het traject is enorm hobbelig. We krijgen nu een goede massage tijdens deze rit. Het is ook een beetje stofbijten, want er waait nu veel stof op. Ook kan je hier motorcrossers en quads zien die hier een ideale ondergrond hebben om over te rijden.

Na deze rit stoppen we aan een domein waar we zullen eten. We zien hier verschillende vijvers die met elkaar verbonden zijn door cascadewatervallen. Deze cascadewatervallen zijn nodig om het water van zuurstof te voorzien. In deze vijvers zitten er forellen. Hoe lager de vijver ligt, hoe groter de vissen zullen zijn. Rondom de vijvers staan er vishutjes. De vishutjes zijn aangepast aan de kleuren van de natuur en hebben groene daken. We kregen allemaal een vislijn en mochten in één van de vijvers een forel vangen, die ze zullen klaarmaken en daarna zullen we de forel opeten. Ik zat te vissen in een lager gelegen vijver, en ik was de vislijn met visaas aan het bewegen van links naar recht, op en neer. Ik zag de forellen zwemmen langs mijn vislijn. Echt opwindend was dit niet. Totdat de forel beet. Het was alsof er een gevecht ontstond tussen mij en de forel. Ja, hij vecht voor zijn leven. Ik heb op de begeleider moeten roepen om mij te helpen de vis van de haak te doen. Men had een klop op de slapen van de vis gegeven. Vervolgens mocht ik mijn vangst vastnemen met handdoek en dan nemen ze een foto van mij en mijn vangst. Maar de forel was toch nog hevig aan het spartelen en trachtte zich te bevrijden. Zijn hart klopt nog en wil blijven leven. Dat was wel schrikken van zijn overlevingsdrang. De adrenaline stroomde door mij. Men heeft de vis nog een klop gegeven, zodat hij nu dood was. Het is de overlevingsdrang die maakt dat gehaakte vissen zo strijden, juist zoals ze zouden strijden wanneer ze belaagd worden door bv roofvissen. Ik had een tamelijk grote vis gevangen, zodat ik meer te eten had dan mijn medereizigers.

Nadien komen we in contact met de eigenaar van dit domein. Hij heeft ons een rondleiding op zijn domein. Tijdens deze rondleiding kregen we uitleg over het ecosysteem, dat een deel is van ons natuurlijk milieu. Levende onderdelen (dieren en planten) en niet-levende onderdelen (lucht, water en bodem) zorgen ervoor dat stromen en kringlopen in gang worden gehouden. Hierdoor ontstaat een zeker evenwicht. Op dit domein doen ze het volledige jaar geen onderhoud. Ze laten dus alles groeien zoals in de natuur. De natuur zorgt ervoor zoals bij de mens dat de volgende generaties het goed hebben. Hier leren ze kinderen spelen in de natuur, kunnen ze kruiden ontdekken en aan verschillende bladeren in het bos ruiken. In één van de vijvers gaat hij de forellen voederen door korrels in de vijver te gooien. Nu zien we een prachtig spektakel van de vissen aan de oppervlakte van het water. Als er één begint te eten, dan komen ze allemaal van de korrels eten. In deze vijver zaten de dikste forellen, waarvan de grootste wel 4 kg woog. Voor de vissen is de kwaliteit van het water belangrijk, de warmte en de zuurstof in het water. Je merkt ook forellen met een lichte en een donkere huidskleur op.

Nadien kunnen we toekijken hoe ze onze gevangen vissen bereiden. Ze kuisen de vis door hem onder een kraan lopend water te houden. Ze snijden de vis aan de buikzijde open van de aarsopening tot aan de kop. Nadien halen ze met hun vingers de ingewanden van staart naar kop eruit. Daarna snijden ze 2 maal in de vis, langs beide kanten. Vervolgens marineren ze de vis. De vis wordt dan in een kom met gekruide vloeistof gelegd om beter te smaken. Ze leggen daarna 3 vissen tussen een rooster, om ze op de barbecue te leggen. Na de bereiding kunnen we onze zelf gevangen vis opeten met daarbij een lekker glaasje rode wijn.

Na het eten vertrekken we weer met de jeeps. Voor onze laatste stop tijdens de jeepsafari rijden we naar Ponta de São Lourenço via de stad Caniçal. Deze stad was vroeger het centrum van de walvisvangst. Nu leggen de containerschepen aan bij Caniçal. De stad is nu vooral een drukke commerciële haven. Ponta de São Lourenço, het oostelijke deel van Madeira is een natuurreservaat met een prachtig panoramisch uitzicht op de Atlantische Oceaan en spectaculaire vulkanische rotsformaties. Een compleet uniek landschap vergeleken met de rest van het eiland. Vele ongewone plantensoorten komen hier voor. Hier kan je genieten van de ruige wildernis en je kan de wind van de zee in je haren voelen. Je ziet een prachtig landschap van hoge kliffen en diepe insnijdingen in de kust. Het vulkanische tufsteen licht op in de mooiste kleuren. De golven die hier tegen de indrukwekkende rotspartijen slaan, brengen u in een mijmerstemming. In de verte kan je ook het eiland Porto Santo zien liggen. Vervolgens rijden we met de jeep terug naar het hotel.

De volgende dag worden we opgepikt aan het hotel en rijden we naar de haven van Funchal. We vertrekken met de boot en zullen een stuk varen langs de zuidkust van het eiland. Hier op de boot kunnen we relaxen en chillen. Eerst varen we naar het oosten van Funchal en na een tijdje varen zien we reeds vele dolfijnen in het heldere water zwemmen. Je merkt op dat verschillende dolfijnen meezwemmen in de richting van de boot. Het was echt genieten om de vele dolfijnen en hun bewegingen te zien.

Net als andere walvissen staan dolfijnen bekend als zeer intelligente en sociale dieren. Ze hebben relatief grote hersenen, waarvoor overigens ook andere verklaringen bestaan dan hoge intelligentie: dolfijnen kennen geen remslaap en dieren zonder remslaap hebben vaak relatief grote hersenen. Mede door hun intelligentie zijn dolfijnen sociale dieren, die leven in groepen tot tientallen individuele dieren. Op plekken waar een grote hoeveelheid voedsel aanwezig is, kunnen groepen tijdelijk mixen, om een supergroep te vormen; zulke groepen kunnen soms wel bestaan uit meer dan 1000 dolfijnen. Men vermoedt dat een combinatie van nieuwsgierigheid en het speelse karakter van de dolfijn ervoor zorgt dat ze veelvuldig contact hebben met andere diersoorten waaronder de mens. Veelvuldig is waargenomen dat dolfijnen met boten mee zwemmen. Hun neiging naar gezelschap komt ook goed tot uiting in de grote groepen waarin dit dier zich vaak manifesteert. Individuele dieren communiceren door een variëteit aan geluiden te maken, door te klikken, fluitachtige geluiden te maken, of op andere manieren. Dolfijnen stammen af van zoogdieren die miljoenen jaren geleden op het land leefden. Omdat dolfijnen zoogdieren zijn, halen ze adem met longen in plaats van met kieuwen. Een dolfijn leegt en vult zijn longen met lucht in minder dan 1/5 van een seconde. Boven op hun hoofd hebben dolfijnen een spuitgat waardoor ze ademen. Dit spuitgat is ontstaan uit de neus van die vroegere landdieren en vergelijkbaar met de neus van mensen. Bij het uitademen verlaat de lucht het spuitgat met een snelheid van 100 mijl per uur. Als een dolfijn water in zijn spuitgat krijgt, kan hij verdrinken. Daarom sluiten sterke spieren het spuitgat, als de dolfijn onder water duikt. Dit gebeurt in een reflex. Dolfijnen slapen niet volledig. Ze moeten immers geregeld naar het wateroppervlak komen om adem te halen. Ze rusten uit door hun twee hersenhelften om de beurt te laten slapen.

Het schip begint nu te varen in de andere richting, naar het westen toe. Een beetje later kunnen we ook een onderwater schildpad zien. Met de boot zullen we stoppen aan een baai waar we kunnen zwemmen. Het water voelt in het begin koud aan als je erin springt. Wie weet komen er nu haaien af. Geen paniek, ik draag toch geen rode zwembroek. Ik merk op dat ik hier gemakkelijk kan drijven op het water. Na deze zwembeurt staat het eten klaar. Op deze boottocht worden we goed verwend met eten en drinken. Na het eten varen we verder tot Ponta do Sol. Dit betekend het Zonnepunt. Het is een vredig en mooi dorp aan zee en de zonnigste plaats op het eiland, waar u kunt genieten van een uitstekend keienstrand en mooie zonsondergangen. Het “Zonnepunt” (Ponta do Sol) werd al rond 1450 gesticht, kreeg in 1501 stadsrechten en was lange tijd het centrum van de suikerrietteelt. Tegenwoordig zie je hier in plaats van suikerriet bananenplantages en in het stadje bevindt zich één van de grootste verpakkingsbedrijven voor bananen, die vanaf hier per vrachtwagen naar Funchal worden gebracht en vervolgens geëxporteerd. We zien hier ook een restaurant op een rots liggen. Aan de andere kant van het strand zien we een waterval die in de zee loopt.

Nadien varen we terug naar de haven van Funchal. We zien vanop zee nu het uitkijkpunt Cabo Girão. Nadien varen we nog langs het vissersdorp Camara de Lobos. Je ziet de verschillende vissersbootjes dobberen in het water. Langs de kustlijn zien we verschillende vakantiehuisjes liggen, maar ze liggen tussen een hoge klif en de zee. Er lopen hier geen wegen naartoe. Je kan zien dat de vakantiegangers hier enkel kunnen geraken op 2 manieren: nl met een kabellift of met een gewone lift die je ziet lopen langs de hoge klif. Het zijn hier echt steile rots vlaktes naar beneden. We komen terug aan in de haven van Funchal en meren aan nabij het CR7 museum van Cristiano Ronaldo. Ik heb genoten van deze leuke ontspannende dag op het water.

De volgende dag gaan we in de voormiddag naar de streek Serra de Agua om er een levada wandeling te doen. Serra de Agua, soms ook Serra d'Agua geschreven, is het enige dorpje langs de weg tussen Ribeira Brava in het Zuiden van Madeira en São Vicente in het Noorden. Je bent midden in het eeuwig groene woud. Het groen, de bergen en valleien geven aanleiding tot mooie natuurfoto's. De levada is 65 km, waarlangs we 6 km zullen wandelen. Tijdens de wandeling hebben we een mooi uitzicht op de Zuidkust. Onderweg zien we ook weer een grote verscheidenheid aan fauna en flora. We bewonderen de natuurlijke schoonheid van het eiland tijdens deze wandeling. Je komt tijdens deze wandeling meer in contact met de lokale bevolking, boeren die hun akkers bewerken of mensen die wonen langs deze levada. Meestal zien we oudere vrouwen die hun producten, vooral fruit, trachten te verkopen. Zo kwam je een boer tegen die op zijn akker stond te wachten op de beheerders van de kanalen of Levadeiros om hem te voorzien van water uit de levada. We zien de verschillende terrassen liggen tegen de bergflanken. Het water dat ze krijgen kan niet naar de hoger liggende terrassen met beplanting gaan. De bevloeiing gaat enkel naar de lagergelegen terrassen of akkers. We kunnen de buizen zien liggen die naar de akkers gaan. Je kan hier verschillende dierengeluiden horen van oa een haan, schapen en een kraai. Een mooie imitatie van deze dierengeluiden werd gedaan door onze wandelgids. Zelfs een kikker zat onbeweeglijk in de levada.

Een beetje verder zien we een afgebakend huis staan met een filterinstallatie. Het is hier waar de beheerders of Levadeiros werken. Deze mannen werken voor de staat en zijn verantwoordelijk voor de waterlevering en voor het onderhoud van de levada’s. Door middel van de filterinstallatie halen ze alle bladeren en ander vuil uit het water en laten het dan verder stromen. Hier komen we zelfs in contact met een Levadeiros die op weg was naar de boer die stond te wachten op hem. Het is best dat je dit water uit de levada niet drinkt, want het is vervuild.

Het wandelpad kronkelt zich door een berggebied. Op een zekere plaats zien we verschillende afgebrande kale bomen. Men denkt dat ze in brand zijn gestoken door bewoners, omdat deze hoge bomen al het zonlicht wegnamen. Op het einde van de wandeling zien we vele huizen op een bergtop staan. Het is toch indrukwekkend om de huizen te zien, die gebouwd zijn op de steile heuvelruggen. Rondom de bergtop zien we de vele terrassen liggen, wat het geheel uiteindelijk adembenemend mooi maakt. Na de wandeling keren we terug naar het hotel.

In de namiddag ben ik gewandeld naar het centrum van Funchal. We passeren het casino van Funchal. Het is ontworpen door de Braziliaanse architect Oscar Niemeyer en werd geopend in 1976. Nadien passeren we het presidentiele paleis. Voor de poort van het presidentiele paleis staat een wacht. De tuin naast het presidentiele paleis is het Santa Catarina park, waar je kunt wandelen. Dit is een goed onderhouden park en biedt rust met een mooie collectie bomen en bloemen. Ook kan je hier een kleine speeltuin zien dat leuk is voor kinderen. Het is een mooie plek om even uit te rusten of om even in de schaduw te zitten. Van hieruit heb je een prachtig uitzicht op de haven, de zee en de stad.

Zeelieden die Funchal bezochten, doopten de stad ‘Klein Lissabon’ vanwege de elegante architectuur. Net als Lissabon is het een stad met mozaïeken op de straten en huizen met balkons van smeedijzer. De meeste dateren uit het midden van de 18e eeuw, want de aardbeving die het eiland in 1748 trof, had veel gebouwen instabiel gemaakt en de meeste moesten worden herbouwd.
Ik ga de architectuur verder gaan ontdekken in de stad Funchal en trek naar Praça do Municipio. Dit is het drukke hoofdplein van Funchal met zwarte en witte stenen geplaveid en wordt omgeven door interessante historische bezienswaardigheden. Om het plein heen staan statige witte gebouwen. Het plein is een ontmoetingsplek voor lokale bewoners. Je merkt de opvallende zwart-witte stenen op van het plein, een reeks halvemaanvormige straatkeien gemaakt van lavarots. Dit patroon zie je ook terug in de met zwarte steen afgewerkte gebouwen langs het plein. Midden op het plein heeft een fontein een prominente plaats gekregen.
Aan de westzijde van het plein staat de Igreja do Colégio, een kerk en voormalig Jezuïetencollege. Als rijke orde van missionarissen hadden de jezuïeten in de zeventiende eeuw enkele wijnhuizen in Madeira in bezit en gaven ze leiding aan dit instituut. Binnen in het gebouw zie je fresco's, keramieken tegels, prachtige zeventiende- en achttiende-eeuwse schilderijen en een schitterend hoogaltaar dat wordt omlijst met houtsnijwerk en met bladgoud. Momenteel was er een kerkdienst aan de gang.
Aan de overkant van het plein staat de Câmara Municipal, het statige stadhuis dat halverwege de achttiende eeuw werd gebouwd. Het diende oorspronkelijk als residentie voor de graaf van Carvalhal. Op het centrale binnenhof van het gebouw tref je een marmeren standbeeld aan van de Griekse mythe van Leda en de zwaan. De muren zijn afgewerkt met azulejo's, de traditionele Portugese tegels. In het gebouw bevindt zich een klein museum waar je aan de hand van een reeks foto's meer te weten kunt komen over de geschiedenis van Funchal.
Ook het museum de Arte Sacra is een aanrader. Bewonder de indrukwekkende collectie beelden, schilderijen en gouden voorwerpen uit de vijftiende tot en met de negentiende eeuw. Het museum staat bekend om de topschilderijen van Vlaamse meesters, die in de zestiende eeuw tijdens de hoogtijdagen van de suikerhandel tussen Antwerpen en Funchal in opdracht van welgestelde handelaren waren gemaakt. Vooral het vijftiende-eeuwse vergulde processiekruis maakt indruk.
De volgende dag staat een levada wandeling van 11 km op het programma door de Rabaçal vallei in het natuurpark van Madeira. Deze regio op Madeira behoort tot het Unesco werelderfgoed. We komen aan bij een parkeerplaats boven aan de weg naar Paul da Serra. Hier zie je de koeien op de parkeerplaats en in het wild rondlopen. Opletten voor de overstekende koeien op de rijweg. We bevinden ons op een hoogte van 1210 m. Eerst wandelen we naar het boswachtershuisje in Rabaçal, waar de wandeling langs de levada begint. De weg tussen de parkeerplaats en Rabaçal is echter sinds 2004 afgesloten voor het verkeer om veiligheidsredenen. Je kan wel met een shuttlebus naar beneden en naar boven rijden. Op deze dalende weg naar Rabaçal vliegen de vogels, waaronder de colibri, over onze hoofden. De plaats Rabaçal is zeer populair onder wandelaars. Vanaf het boswachtershuisje in Rabaçal wandelen we eerst naar de Risco waterval. De levada hier is gebouwd in 1835. Op het einde zien we dan de prachtige grote waterval bij Risco. Bij het aanleggen en bouwen van de levada vroeger werd er een bord geplaats waarop stond “Risico zone” (of Risco). Vandaag is deze plaatsnaam Risco gebleven. Nadien keren we terug langs hetzelfde pad tot aan de splitsing om naar de 25 waterbronnen te wandelen. Ditmaal gaan we steil naar beneden via de vele trappen. Op een gegeven moment komen we aan op een wandelpad langs een andere levada. Deze levada hier werd gebouwd in 1855. Het pad is eerst breed, maar vervolgens wordt het vrij smal met af en toe diepe ravijnen. Bomen en struiken ontnemen de ravijnen doorgaans aan het oog, en je kan je op moeilijke plekken ook vasthouden aan het muurtje van de levada. Hierdoor valt deze wandeling ook voor diegenen met hoogtevrees goed mee. De weg staat goed aangegeven met wegwijzertjes.
Wanneer het wandelpad smal wordt, kan het behoorlijk vervelend worden als je keer op keer enkele tegenliggers moet voorlaten. Niettemin is het eindpunt, de 25 bronnen wondermooi en blijft de wandeling een aanrader voor wie zich tot diep in het laurierwoud wil begeven. Deze plek is eigenlijk een meertje waar 25 watervallen in uitmonden. Je ziet sommige mensen in dit meertje zwemmen. Hier hebben we onze picknick gehouden. Nadien keren we terug naar het plateau Paul da Serra. Het laatste stuk van de wandeling gaat door een tunnel van 800 m. Je kan er recht in lopen en je hoeft je niet te bukken. Wel druipt het water op je hoofd en ligt het water op de grond. Deze wandeling in deze tunnel duurt ongeveer 12 minuten. Je kan best niet claustrofobisch zijn als je in deze tunnel wandelt. In de tunnel zien we ook een pijpleiding liggen die voor transport zorgt van drinkbaar water.
Na het verlaten van de tunnel zien we veel Eucalyptus bomen. Deze bomen zijn er gekomen vanaf 1940, om ze te gebruiken voor de uitvoer naar Spanje en Portugal en dit voor de papierfabrieken daar. De Eucalyptusbomen groeien snel en overwoekeren het eiland. Eucalyptusbomen groeien ongeveer 1 cm per dag en dus iets meer dan 3 m per jaar. Als deze boom snel groeit trekt hij veel water uit de grond. Dit is dan op zijn beurt een gevaar voor de fauna en flora in Madeira. Men wil nu af geraken van deze eucalyptusbomen op het eiland. Vanaf 1960 is men begonnen met het omhakken en verwijderen van deze bomen. Je zag hier ook op een bergheuvel de afgehakte eucalyptusbomen liggen.
Na de wandeltocht hebben we nog een stop gemaakt waar we een mooi uitzicht hadden op de stad Calheta met zijn zandstrand. Het ligt aan de zuidwestelijke kust, en is een van de hipste toeristische plaatsen op Madeira met een mooie kleine jachthaven en twee aangelegde zandstranden. Het zand komt van de Sahara woestijn. Calheta werd gesticht in 1430 en heeft een groot aantal historische kerken en was een van de eerste plaatsen die verkend werden door de vroege kolonisten.
De volgende dag doe ik terug een wandeling en rijden we naar Ribeiro Frio, in het noorden van Madeira. Bij deze wandeling zouden we een betoverend zicht hebben op Porta da Cruz en Eagle rock. Maar bij aankomst was het weer daar niet zo goed. Het was aan het regenen en met een temperatuur van misschien 14 graden zou het niet aangenaam zijn om deze wandeling te doen. We hadden hier vorige week reeds geweest en toen was het hier wel zeer warm. Wat een contrast in temperatuur. De wandelgids had voorgesteld om een wandeling te doen in warmer en droog weer, met een prachtig uitzicht op de Machico vallei. We rijden naar Maraços waar we een wandeling van 12 km zullen doen langs de levada. De Maraços wandeling begint in Maroços en eindigt in Ribeira Seca. Verschillende groenten en fruit die groeien op de terrassen, zorgen voor een geweldig contrast met de natuurlijke vegetatie die U langs de weg kan zien. Tijdens deze wandeling kom je ook meer in contact met bewoners die nabij de levada wonen en de boeren die hun land bewerken. Eigenlijk kunnen we in de huizen van de mensen kijken. Op elke trede van een trap naar een huis stonden er zowel links als recht bloempotten. De bewoners en boeren die je hier tegenkomt begroeten je hartelijk. Je kan hier verschillende schuren zien waar de boeren hun werktuigen achterlaten. Ik zag hier een boer die met een grote bidon water op zijn schouder en een emmer water in de andere hand steil bergop aan het wandelen was, om dan zijn akker daar te bevloeien. Onderweg zag ik een buis liggen die het water vanuit de levada naar de onderliggende terrassen bracht. Langs de weg kwam je ook een tafel tegen met daarop 2 schalen van vers fruit. Naast deze fruitschalen stond er een mandje waarin geld lag. Dit alles stond onder een zelfgemaakt metalen afdak. Je kon gerust een banaan, appel of appelsien nemen en uw geld in het mandje leggen. De criminaliteit is hier zeer laag op Madeira, zodat men niet vreest dat het geld zou verdwijnen. Een beetje verder komen we een geit tegen. De geiten zetten ze hier op de terrassen om ze te onderhouden. Het zijn de levende grasmaaiers op Madeira. Op sommige andere plaatsen met groene vlaktes mogen er geen geiten en schapen op gezet worden, omdat ze de vlaktes groen willen houden.
Het heeft wel een mooi beeld om hier de terrassen te zien en de huizen op de bergflanken. Ik zie veel trappen naar deze huizen lopen. Als men naar de supermarkt gaat, dan moet men alle aangekochte producten naar boven sleuren. Zo gebeurt het dat eigenlijk de oudere bewoners gevangenen worden in hun eigen huis als ze zich niet meer kunnen bewegen. Eigenlijk heb je tijdens de wandeling steeds vanuit alle hoeken een mooi uitzicht op de Machico vallei. Op het einde van de wandeling hebben we weer door een kleine tunnel gelopen van ongeveer 20 m. Een zaklamp was niet nodig, want het licht aan het einde van de tunnel was al te zien bij het ingaan van de tunnel. Wel moesten we gebukt door de tunnel wandelen.
Na de wandeling maken we een stop in Machico nabij het kunstmatig aangelegde goudgele zandstrand. Een beetje verder zie je de moderne jachthaven liggen met cafés en restaurants. Machico wordt in tweeën gesplitst door de Ribeira de Machico, de rivier die vanuit het smalle dal achter de stad naar de zee stroomt. Ik wandel nu naar de andere kant van de rivier en kom terecht op het hoofdplein. Je kan hier ook een keienstrand vinden. Op de keien leggen ze houten planken waar je kan op liggen om te zonnen. Op het hoofdplein stond er momenteel een podium voor optredens. In de straten van Machico merk je ook weer op dat er mooie schilderingen te zien zijn op de deuren van de verschillende huizen. Op een welbepaalde deur was er een hartje zichtbaar. Het hartje was er niet op geschilderd, maar gemaakt door middel van verschillende gekleurde legoblokken. Aangekomen in het centrum van Machico ligt het driehoekige centrale plein, de Largo do Municipio. Aan de zuidkant staat het gemeentehuis uit de jaren twintig en aan de noordzijde staat de grote 15e eeuwse Igreja da Nossa Senhora da Conceição of de parochiekerk van Onze Vrouwe van de Ontvangenis. Je kan drie ranke zuilen zien in het zuidelijke portaal van de kerk. Daartussen bevindt zich, in de schaduw van enorme platanen, het standbeeld van Tristão Vaz Teixeira, die in 1425 werd benoemd tot eerste gouverneur van oostelijk Madeira.

De volgende dag ga ik de botanische tuin gaan bezoeken. Hier neem ik terug de kabelbaan vanuit Funchal naar Monte. Vervolgens wandelen we 200 m verder naar een andere kabelbaan. Deze brengt je tot aan de ingang van de botanische tuin.
De botanische tuin herbergt iets minder dan 3000 verschillende plantensoorten, waarvan ongeveer 400 echt inheemse planten. Die 400 originele planten van bij de ontdekking van het eiland hebben ze netjes bij elkaar gebracht zodat je in één panorama de originele vegetatie van Madeira kan interpreteren. Daaronder de verschillende soorten laurierbomen die een groot deel van de originele vegetatie uitmaken. Ook kan ik een grote variëteit vinden van palmbomen en cactussen. Ook de verschillende hagen zijn mooi geschoren. Schrik niet van de vele hagedissen in deze tuin, die uit de spleten komen van opeengestapelde rotsstenen. De botanische tuin is wel mooi aangelegd en goed onderhouden, maar je ziet en voelt de enigszins wetenschappelijke achtergrond van deze tuin. De tuin ligt op een steile rots helling en heeft een schitterend uitzicht over Funchal. Het ligt op ongeveer 200 m boven de zeespiegel.
Er staat hier een landhuis dat werd gebouwd in 1881 door de familie Reid. Zij hebben deze tuin aangelegd als hun eigen privé-park. Het huis van de hotelfamilie Reid werd in 1952 door de overheid opgekocht om er een ecologisch centrum te vestigen. De botanische tuin werd sinds 1997 uitgebreid en verbeterd. De tuin is één en al kleurpracht, vooral op de zonnige zuidelijke terrassen, waar een bonte verzameling borderplanten prijkt. Opvallend in de tuin om te bewonderen zijn de bloembedden die geometrische patronen vormen. Men was dit goed aan het besproeien met water. Er zijn cactussen en vetplanten in een verbijsterende hoeveelheid van vormen, en planten die worden verbouwd als voedsel, voor olie, vezels, kleurstoffen of medicinaal gebruik (bijvoorbeeld bananen, avocado’s, katoen, vlas, koffie en cacao). Er zijn gesnoeide tuinen en inheemse planten die gewoonlijk op de stranden en kliffen groeien, en er is een adembenemend uitzicht over de canyonachtige Ribeira de João Gomes. Bij de botanische tuin ligt ook een papegaaienpark. De kooien van de kaketoes, ara’s, lori’s, parkieten en duiven zijn echter behoorlijk klein, waardoor de vogels een nogal treurige aanblik bieden. Bovendien beschikt deze tuin ook over een Natuurhistorisch museum met een grote selectie van vele zeldzame specimens, waaronder verschillende soorten van de fauna en flora van Madeira en Porto Santo. Dit unieke museum stelt vele voorbeelden specimens tentoon die nergens anders op de wereld te vinden zijn. Zo zijn er voorbeelden van zeldzame insecten, vissen, vogels, schildpadden, schaaldieren, zeeflora en algen. Je kan hier verschillende fossielen en schelpen bewonderen. Opmerkelijk zijn de exemplaren van dode vissen uit het begin van de 19de eeuw, die je kan zien in een bokaal met vloeistof. Deze vloeistof bewaart de dode vis. In een boek kan je verschillende gedroogde bladeren zien die vele jaren oud zijn.

Eén van de grootste feesten op Madeira is de Festa da Flor (het bloemenfeest) tijdens het tweede weekeinde na Pasen. Op zondag trekt er een optocht van met bloemen versierde praalwagens door de straten. Jonge meisjes en kinderen verkleden zich als bloem en bijna alle bloemen die op Madeira voorkomen, worden uitgebeeld. Op de straten worden er bloementapijten gemaakt, één van de muren van het raadhuis is versierd met een schitterende wand van bloemen en het hele weekend dansen er folkloristische groepen op de pleinen van de stad.

Na het bezoek aan de botanische tuin keren we met de kabellift terug naar Monte en vervolgens met de andere kabellift terug naar het centrum van Funchal. Nadien wandel ik naar de Avenida Arriaga. Het is een brede avenue, met een door bomen beschaduwde promenade met mozaïeken van sierkrullen. Aan het begin kan je de tuin Jardim de São Francisco vinden. Het is een kleine tuin vol bloemen en bomen. Je kan hier gerust verpozen op een bankje. Aan de overkant van de Avenida Arriaga zie je het Teatro Municipal Baltazar Diaz, een schitterend theater, gebouwd tussen 1884 en 1888, genoemd naar de vermaarde 16e eeuwse toneelschrijver. Blijf aan deze kant van de weg en je passeert nu eerst de Galerias São Lourenço, een mooie winkelgalerij, en daarna het in 1905 geopende café Ritz, met zijn mooie tegelafbeeldingen. De Avenida Arriaga kruist de Avenida Zarco, gemarkeerd door een tamelijk geromantiseerd standbeeld van Zarco, de eerste gouverneur van Funchal, in 1934 ontworpen door de op het eiland geboren kunstenaar Francisco Franco.

Het is ook op de Avenida Arriaga dat de openingsceremonie plaatsvindt of de voorstelling gebeurd van de verschillende rallywagens die deelnemen aan de Madeira Wijnrally. Het is een internationale motorsportwedstrijd, dat beroemde motorrijders van overal ter wereld aantrekt. Alhoewel ik toch meer de vlag van Portugal zag staan naast de naam van de piloot en co-piloot. De voorstelling van de wagens begint met het hoogste inschrijvingsnummer, om te eindigen met het nummer 1. De wagens rijden 1 voor 1 op een podium en de piloten worden voorgesteld aan het publiek. De podium missen vielen op door hun mooie outfit en prachtige hoed die ze droegen. Vervolgens rijden ze van het podium en staan er fotografen en journalisten klaar voor een interview met de piloot. Nadien rijden ze verder op de Avenida Arriaga en keren op het einde terug naar de andere kant van het podium. Je ziet ze wel nog even stoppen bij een controlepost. Alle wagen staan daar dan netjes in twee rijen achter elkaar geparkeerd. Je kan hier ook verschillende old-timers bewonderen en racewagens uit vervlogen tijden.

Ze beginnen in de vooravond aan een criterium in de straten van Funchal. Er lagen verschillende wit en rood gekleurde autobanden klaar op het wegdek waartussen de racewagens moesten slalommen. Ik stond langs de weg aan de haven te kijken naar de eerste chronorit. Hier kon je ze uit een tunnel zien rijden en vervolgens rijden de wagens volledig rond het ronde punt. Nadien rijden ze op de weg langs de haven (Avenida do Mar) verder en een tijdje later zie je ze verschijnen aan de andere kant van de weg waar de finish lag van de chronorit. Aan het einde van de chronorit stoppen ze aan de controlepost. De rallysport is populair in Madeira en er stonden dan tamelijk veel mensen langs de weg te kijken naar de verschillende passerende rallywagens. De massa wordt compleet gek als een piloot te laat in de remmen gaat op het ronde punt en begint te schuiven. Je hoorde het luidruchtige gejoel van de toeschouwers. De volgende dagen rijden de piloten in de bergen. Een van de beste aspecten van deze rally is het onvoorspelbare weer in de bergen. Vooral in het noorden van Madeira kan het ene ogenblik nat en mistig zijn en even later helder en zonnig. Het is opletten voor de toeschouwers omdat de regen het parcours erg glad kan maken voor de rallywagens. Je kon de volgende dag van ’s morgens vroeg reeds de rally in de bergen life volgens op de TV zender van Madeira.

’s Avonds ben ik nog naar het casino in Funchal geweest waar ik kon genieten van een driegangenmenu en een show. Eerst was er een zanger die covers bracht en begeleidt werd door een piano. Nadien volgende er de “casino circus show”. Een show met veel mooi uitgedoste dansers en danseressen. Het had inderdaad iets van een circus act. Na de show heb ik nog even rondgelopen op het gelijkvloers van het casino waar de verschillende gokautomaten en de casino spelen waren. Opvallend was wel de tafel met de pokerspelers. Drie van de tien spelers aan de tafel hadden een zonnebril op om geen oogbewegingen te laten zien tijdens het spel. Het zien er van de eerste tot de laatste speler geen betrouwbare types uit. Misschien wel de belangrijkste eigenschap die je nodig hebt om te winnen in het spel. Alhoewel ik niet veel begreep van het pokerspel zelf. De croupier deelde regelmatig kaarten uit aan de verschillende spelers.

Andere populaire casino games zijn de roulette en een casinoversie van het bekende kaartspel eenentwintigen. Het doel is het winnen van de bank. Zo kwam er een speler en gaf 50 euro aan de croupier. Ze controleren eerst de echtheid van het geld en steken het dan in een gleuf op de speeltafel. In ruil kreeg hij verschillende jetons en speelde alles of niets door al zijn aangekochte jetons te plaatsen op de tafel. Binnen de minuut en na 1 spel was hij al zijn geld kwijt. Hij probeerde nog eens 50 euro aan jetons te kopen en zette weer alles in op 1 spel. Helaas 1 minuut later was hij ook deze 50 Euro kwijt. De partner van deze speler zag er niet gelukkig meer uit. Je ziet de verliezers ontgoocheld wegdruipen en er komen andere spelers en dromers om snel rijk te worden aan de speeltafel zich zetten. Bij deze spelen zit er ook een andere croupier op een stoel het spel op de speeltafel te volgen om te zien of alles correct verloopt.

Het spelen van roulette start met het plaatsen van een inzet. Deze inzet kun je uiteraard zelf bepalen. Als iedereen één of meerdere inzetten heeft geplaatst, draait de croupier het rad en wordt het kogeltje of balletje in het rad gegooid. Valt het kogeltje op een cijfer waar jij op hebt ingezet, dan heb je deze ronde gewonnen en krijg je je inzet plus enkele extra fiches terug. Het aantal fiches dat je terugkrijgt, is afhankelijk van de inzet die je hebt geplaatst. Je zag hier speeltafels met een croupier en er waren ook spelmachines aanwezig om daar roulette op te spelen. Rien ne va plus en hun jetons waren weg. Het was niet mogelijk om foto’s te nemen in de speelhal. Ook stonden er hier in het casino verschillende jackpot machines waar mensen proberen te winnen. Helaas veel gelukkige lachende mensen onder de spelers zag ik niet.

De volgende dag had ik een late vlucht terug naar huis. Dus ben ik nogmaals naar de markthal van Funchal gaan kijken. Nadien heb ik op een terras naast de marktplaats nog genoten van bier, tezamen met leuke mensen die ik leerde kennen van op een excursie. We hadden eigenlijk grotendeels alles gezien hier op Madeira. Of toch niet, toen mijn oog viel op het ingangsbord van de Bada Bing nightclub. Ja dat hebben ze blijkbaar hier ook in Funchal. Voorbijgaande toeristen zag ik foto’s nemen van de buitenkant van de nightclub. Of zou men toch die duif fotograferen die boven de deur zat.
Het was de laatste dag van mijn verblijf wel echt warm hier in Funchal. Na mijn thuiskomst was het nog warmer in Funchal, want er waren daar bosbranden en er was een rookwolk die boven de stad Funchal bleef hangen. Gelukkig was ik daar op tijd weg.

Het was een prachtige reis in Madeira en ik heb genoten van de mooie landschappen, de bloemenpracht, de tuinen, de folklore, de cultuur, de levada’s, de markten en het goede eten en drinken. Ik dank alle begeleiders van de excursies en de verschillende leuke mensen die ik op reis ben tegengekomen. Hopelijk krijg je ook zin om het eiland Madeira te gaan verkennen na het lezen van mijn reisverslag.